Welke maatregelen zien we in de beleidsprestatie?
Om te komen tot een efficiënte afhandeling van het goederenvervoer zet de provincie in op:

• Het vergroten van de modal shift in het goederenvervoer door het stimuleren van het gebruik van spoor, vaarwegen en buisleidingen als alternatief voor transport via de weg.
• Het stimuleren van multimodaal goederenvervoer voor de mainport en greenports. De provincie realiseert hiertoe maatregelen om te zorgen voor een groeiende, duurzame en innovatieve economie in combinatie met het verbeteren van de bereikbaarheid en de verkeersveiligheid in Zuid-Holland.
• Het verbeteren en beter benutten van bestaande infrastructuur en waar nodig realiseren van nieuwe infrastructuur.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• In 2020 starten we met een integraal programma Transport en Logistiek voor wegen, spoor en water. Met dit programma zorgen we voor een meer gerichte provinciale inzet op het gebied van transport en logistiek.
• In 2020 wordt het binnenvaartconcept fijnmazige distributie (Trekschuit/Scheepshalte) als eerste langs de Schie in Delft geïmplementeerd.
• We werken samen met het bedrijfsleven, de MRDH en de TU Delft aan het concept van regionale bouwhubs aan het water zodat bouwmateriaal kan worden aangevoerd.
• Op het vlak van versproducten werken we met het betrokken bedrijfsleven van de greenports en de Rotterdamse haven aan roundtrips met volle en lege reefers tussen de greenports in Zuid-Holland en de Maasvlakte. In het verlengde daarvan onderzoeken we met bedrijven en overheden de mogelijkheden voor een railterminal voor het vervoer van continentale trailers met verse lading.
• Verder wordt een spoorverbinding opgezet voor vers-trailers tussen Zuid-Holland en Berlijn (als onderdeel van het Coolport netwerk).
• In het kader van Beter Bereikbaar Gouwe onderzoeken we in 2020 samen met de omgeving welke investeringen op korte en lange termijn moeten worden gedaan voor stimulering van goederentransport over de Gouwe.
• We nemen deel aan de gebiedsuitwerking Logistieke Bereikbaarheid Westland, zodat in het najaar afspraken gemaakt kunnen worden over toekomstige bereikbaarheidsmaatregelen.
• We dragen bij (financieel en kennis) aan de diverse uitwerkingen van de MIRT-goederencorridors, waaronder de verkenning A15 Papendrecht Gorinchem en vrachtwagen parkeren. Voor dat laatste ligt in 2020 de focus op het penvoerderschap in een subsidietraject en digitalisering.
• Tot slot werken we met onder andere Noordrijn-Westfalen en Vlaanderen samen aan grensoverschrijdende netwerken/corridors en de verduurzaming van goederentransport.

Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
Voor mobiliteit stelt de provincie de behoefte van de mobiliteitsgebruiker centraal. Om dit te bereiken:

• Stelt de provincie kaders op en zorgt voor vertegenwoordiging in diverse overleggen en projecten voor het compleet maken van het mobiliteitsnetwerk, het verbeteren van de bereikbaarheid en verkeersveiligheid in Zuid-Holland, en het verbeteren van de keuzemogelijkheden tussen vervoersalternatieven en de combinatie van vervoermiddelen.
• Realiseert de provincie een goed aanbod van openbaar vervoer in Zuid-Holland. Dit doen we door beter aan te sluiten bij de behoeften van reizigers. Daartoe zorgen wij ervoor dat de dienstverlening en de infrastructuur op orde is. Om zo het stedelijke en landelijk gebied leefbaar en vitaal te houden en het economisch vestigingsklimaat te bevorderen.
• Zoeken wij met onze partners naar mogelijkheden om te komen tot een goede verdeling van het gebruik van de verschillende vervoerswijzen in de gehele mobiliteitsketen door de inzet van openbaar vervoer, fiets en ketenmobiliteit.
• Verbeteren wij het aanbod aan hoogwaardig OV-aanbod (R-net en HOV), het vervoer over water (waterbus) en het spoor.
• Zetten wij in op het vergroten van het aandeel fietsgebruik bij afstanden tot 15 kilometer door onze inzet op snelfietsroutes te continueren. Deze routes zijn namelijk een aantrekkelijk alternatief voor weggebruikers.
• Hebben we meerdere provinciale infrastructuurprojecten in voorbereiding en uitvoering om de bereikbaarheid per weg, openbaar vervoer en fiets te verbeteren. Daarnaast dragen we inhoudelijk en financieel bij aan Rijksinfrastructuurprojecten.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• We starten met de uitbreiding van monitoring gebruik fietspaden om, in samenhang met de ToekomstAgenda snelfietsroutes, in 2020 samen met gemeenten, regio’s, waterschappen, naburige provincies en het Rijk te bepalen welke routes we het eerst gaan verbeteren om te komen tot hoogwaardige fietsroutes. Parallel hieraan actualiseren we de uitvoeringsagenda ‘samen verder fietsen’.
• We zijn verantwoordelijk voor diverse vormen van openbaar vervoer: het stad- en streekvervoer per bus, de contracten voor openbaar vervoer over het water (Waterbus), het collectief vraagafhankelijk vervoer (CVV) en twee regionale treindiensten, namelijk Dordrecht-Geldermalsen (MerwedeLingelijn) en Gouda-Alphen aan den Rijn. Dit is exclusief het vervoer in de Metropoolregio Rotterdam - Den Haag (MRDH).
• In 2020 onderzoeken wij de drukte in het openbaar vervoer en voeren wij (proef)maatregelen uit om deze drukte te verminderen. Hierbij wordt de capaciteit tijdelijk vergroot of worden reizigers verleid om buiten de spits te reizen.
• Ook voeren we in 2020 de aanbesteding voor het contract van de Waterbus opnieuw uit, wat moet leiden tot de keuze voor een nieuwe vervoerder.
• Daarnaast zijn het Beleidskader en het Programma van Eisen voor de aanbesteding van de concessie Zuid-Holland Noord gereed in 2020 en starten we de aanbesteding van deze concessie.
• Samen met de MRDH en het Rijk werken we aan de uitwerking van de Adaptieve Ontwikkelstrategie Metropolitaan OV en het Verstedelijkingsakkoord Zuidelijke Randstad. In 2020 wordt een pre-verkenning uitgevoerd die in 2020 moet leiden tot concrete afspraken over de gewenste ontwikkeling van het OV in de Zuidelijke Randstad. In dit kader wordt onderzoek gedaan naar de aanpak van 25 OV-knooppunten in Zuid-Holland.
• In 2020 realiseren we de uitbreiding van een aantal ketenvoorzieningen, zoals deelfietssystemen, fietskluizen, Kiss + Ride- en Park + Ride-voorzieningen en deeltaxisystemen in de Drechtsteden, Molenlanden en de Gorinchem-concessie. Ook werken we aan een haltevisie om de haltekwaliteit te verbeteren en een visie op reizigersinformatie. We investeren in het verbeteren van de sociale veiligheid in het OV en de toegankelijkheid van OV-haltes voor reizigers met een beperking.
• We hebben in 2020 meerdere provinciale projecten in voorbereiding, zoals de kruising N214/N216, N211 Wippolderlaan, N59 Energy Highway, R-net Rotterdam – Oud-Beijerland, N223 Duurzaam Veilig (fase 3) en in uitvoering, zoals de Rijnlandroute (o.a. Tjalmaweg), diverse projecten binnen HOV-net Zuid-Holland Noord en HOV Drechtsteden, Molenlanden en Gorinchem en de N215 Melissant Dirksland. Ook binnen het Uitvoeringsprogramma 'Samen verder fietsen' worden verschillende (snel)fietsroutes voorbereid en gerealiseerd.
• We dragen inhoudelijk bij aan Rijksinfrastructuurprojecten, zoals de A24 Blankenburgverbinding, A16 Rotterdam, A4 Haaglanden – N14, A4 Burgerveen – N14, A27 Houten – Hooipolder, A15 Suurhoffbrug, A29 Heinenoordtunnel en A16 van Brienenoordbrug. Daarbij stellen we voor alle weginfraprojecten (nieuw en beheer en onderhoud van Rijk, provincie en gemeenten) gecoördineerd een ‘Gezamenlijke Bereikbaarheidsaanpak Zuidelijke Randstad’ op om de overlast veroorzaakt door werkzaamheden waar mogelijk te beperken.
• Als provincie zijn we ook in 2020 medeopdrachtgever en participant in het gebiedsprogramma Mobiliteit en Verstedelijking (MoVe) Rotterdam - Den Haag in het kader van het MIRT. Met gemeenten en de MRDH werken we samen en dragen we financieel bij aan de verkenningen naar de oeververbindingen (Brienenoord en Algera) in de regio Rotterdam, het Central Innovation District (CID) / Binckhorst in Den Haag en bereikbaarheidsmaatregelen in Voorne Putten, het Westland en Zoetermeer. Voor de Algeracorridor dragen we financieel bij aan diverse kortetermijnmaatregelen.

Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestaties halen?
De provincie zet in op het beter benutten en slimmer gebruiken van de capaciteit van het regionale mobiliteitssysteem. Om dit te bereiken:

• Kijken we onder andere naar de mogelijkheden van nieuwe, digitale en innovatieve oplossingen.
• Waarderen we onze verkeersregelinstallaties zoveel mogelijk op naar intelligente VRI’s, om zo de doorstroming verder te verbeteren.
• Kijken we naar mogelijkheden om pilots met betrekking tot autonoom vervoer uit te voeren en waar mogelijk op te schalen.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• In 2020 stellen we samen met andere wegbeheerders een nieuwe visie op voor de inzet van Dynamisch Verkeersmanagement. Hierbij kijken we niet alleen naar (vaar)wegen maar ook naar de inzet van openbaar vervoer, fiets en ketenmobiliteit.
• In 2020 brengen we Smart Mobility verder in de praktijk. We intensiveren de inzet van data en ICT in het mobiliteitsdomein, we streven naar meer schaal en volume en willen meer continueerbaarheid en minder losse pilots. We organiseren ons daarvoor op landelijk niveau om overheidsdata voor Smart Mobility op orde te krijgen (krachtenbundeling).
• We gaan verder met het in tranches opwaarderen van onze verkeersregelinstallaties tot zogenaamde intelligente verkeersregelinstallaties of IVRI’s. Voor de doelgroep fiets passen we de 13 drukste provinciale fiets-IVRI’s aan, zodat fietsers daar eerder worden gedetecteerd en een kortere wachttijd hebben.
• Ondertussen werken we aan de digitalisering (overheden) van onze mobilteits-data en verbeteren we de inwinning van data en de ontsluiting ervan richting de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW). Hiermee kunnen nieuwe mobiliteitsdiensten worden gemaakt.
• Met behulp van innovatieve inwintechnieken -zoals bijvoorbeeld slimme camera’s- , floating data (GPS-data mobiele telefoons) en data van marktpartijen creëren we snelle en efficiënte inzet van verkeers- incident- en storingsmanagement om de (vaar)weg zo snel mogelijk weer beschikbaar te hebben.
• We voeren een pilot “connected transport” uit in het Westland (greenport).
• Ook werken we verder aan de pilot met de autonoom rijdende shuttle op het terrein van ESA- ESTEC en starten we een pilot om reizigers op drukke trajecten in onze openbaar vervoerconcessies te verleiden om buiten de spits te reizen. Binnen de “Blauwe Golf” zorgen we voor een betere afstemming tussen het verkeer op de weg en het scheepvaartverkeer op het water en via Smart Shipping zorgen we voor slimmere en autonome logistiek op het water.
• In 2020 verlenen we subsidies voor werkgeversaanpakken Holland – Rijnland, Midden-Holland en Drechtsteden (woon-werkverkeer per fiets, OV of buiten de spits/telewerken), en Mobiliteits- en logistiek platform Haven Rotterdam (bijvoorbeeld gezamenlijk woon-werkverkeer en gebundeld transport).

Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
Om dit beleidsdoel te bereiken gaan we:

• Zorgen voor een vlotte en veilige afwikkeling van verkeer in Zuid-Holland. Meer in het bijzonder zorgen we, conform onze wettelijke plicht, voor het beheer en onderhoud van ons areaal aan provinciale wegen en vaarwegen.
• Diverse onderhoudsprojecten voorbereiden en uitvoeren. Met name bij het wegonderhoud zal daarbij worden ingezet op flankerende maatregelen om hinder te voorkomen.
• Verder invulling geven aan de forse onderhoudsopgave voor beweegbare kunstwerken. Omdat ook andere wegbeheerders een grote opgave rond beweegbare kunstwerken kennen, zoeken wij met hen hierin nadrukkelijk de samenwerking.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• In 2020 wordt een nieuwe Nota Onderhoud Kapitaalgoederen (NOK) met bijbehorende Nota Budgetbehoefte en de te hanteren normkosten voorgelegd aan Provinciale Staten.
• Het meerjarenonderhoudsprogramma (MJOP) wordt als onderdeel van het PZI (Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur) ook geactualiseerd en gedeeld met de relevante stakeholders.
• In 2020 verkennen we vanuit de netwerkanalyses welke bruggen op functionele gronden mogelijk vervangen dienen te worden. Een andere aanleiding voor vervanging kan komen vanuit lopende regionale ontwikkelingen of projecten of programma’s, zoals het programma Beter Bereikbare Gouwe of ontwikkeling Schie-oevers.
• Verder werken we in 2020 verder aan het ontwikkelen van een structurele werkwijze om knelpunten in de provinciale infrastructuur door middel van functionele verbeteringen (verkeersveiligheid en/of doorstroming) op te lossen.
• De bediening van de beweegbare kunstwerken vindt plaats vanuit bediencentrales. In 2020 gaan we verder met de planvorming voor een nieuwe bediencentrale ter vervanging van de bediencentrales De Waard en Leidschendam.

Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestaties halen?

De ambitie van de provincie is om voorloper te zijn op CO₂ besparing bij uitvoering van groot onderhoud en bij het energiezuinig maken van provinciale wegen tijdens het reguliere gebruik. Daarom:

• Schalen wij waar mogelijk succesvolle pilots op.
• Kijken we naar mogelijkheden om andere onderhoudstrajecten duurzaam aan te pakken.
• Leveren we met de inzet van ecologisch bermbeheer een bijdrage aan het in stand houden en waar mogelijk verbeteren van de biodiversiteit.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• In 2020 leveren we de N470 - Weg van de Energietransitie – op. Dit is, samen met de N211, een proeftuin voor pilots met betrekking tot energietransitie bij wegen. In 2020 analyseren we de eerste monitoringsresultaten van de toegepaste innovaties bij de N211 om te kunnen bepalen of opschaling van de pilots naar CO₂-neutraal beheer- en onderhoud haalbaar en betaalbaar is.
• In aanvulling op de Weg van de Energietransitie zijn drie grote onderhoudstrajecten van vaarwegen geselecteerd als ‘vaarweg van de energietransitie’. Het betreft het Rijn-Schiekanaal, het Aarkanaal en de Oude Rijn. In 2020 onderzoeken we binnen deze projecten mogelijk materiaalgebruik.
• In 2020 maken we – o.a. met het Rijk - afspraken om in 2030 zoveel mogelijk klimaatneutraal en circulair te werken (werktuigen, materiaalketens), inclusief aanbestedingen en standaardisatie van uitvragen.
• In 2020 ronden we de implementatie van het ecologisch bermbeheer af en beheren we de provinciale bermen ecologisch. De komende jaren evalueren we of het ecologisch bermbeheer tot de gewenste resultaten leidt.

Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
De provincie zet in op een transitie naar een energie-efficiënte samenleving, waarbij op termijn grotendeels duurzaam en CO₂- neutraal kan worden voorzien in de energiebehoefte. In 2030 rijdt al het regionaal openbaar vervoer, waarvoor de provincie concessiehouder is, volledig emissievrij. In 2050 is van elke provinciale weg en vaarweg de CO₂-balans neutraal. Daarbij kijken wij hoe we de transitie naar duurzame brandstoffen en andere energiedragers voor transport over weg en water kunnen versnellen, middels samenwerking met de diverse spelers (verladers, vervoerders, havens, Europa etc. op zowel de transitie-kant als de laadinfra-kant.

We hebben een adviesrol over Rotterdam The Hague Airport. Voor ons is de huidige geluidsruimte de maximale geluidsruimte. Daarbij zetten wij ons in voor het terugdringen van het aantal nachtvluchten. Voor alle luchtvaart in Zuid-Holland willen we de hinder voor omwonenden zoveel mogelijk beperken.

In Zuid-Holland wordt ruimte geboden aan diverse vormen van kleine en recreatieve luchtvaart. De provincie ondersteunt dit, maar hecht tegelijkertijd waarde aan een goede inpassing in de directe omgeving. Daarom gaan wij terughoudend om met nieuwe locaties voor commerciële en bedrijfsgebonden luchtvaart, helikopterhavens, luchthavens voor onbemande luchtvaartuigen en luchthavens voor gemotoriseerde recreatieve luchtvaart. Luchthavens met een duidelijk maatschappelijk belang (zoals heliplatforms bij ziekenhuizen) worden daarentegen wel ondersteund.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• In 2020 stellen we een visie Waterstof en mobiliteit op, om in te zetten op kansen voor verduurzaming OV en binnenvaart. Voor de Clean Energy Hubs ontwikkelen we samen met andere overheden een strategie voor de transitie naar duurzame brandstoffen en andere energiedragers voor transport over weg en water binnen en buiten de goederenvervoercorridors, onder andere door onze inzet in het grensoverschrijdende samenwerkingsprojecten RH2NE.
• In 2020 besteden we twintig waterstofbussen voor de concessie Hoeksche Waard Goeree Overflakkee aan. Daarnaast werken we verder aan het verschonen van de binnenvaart via het Europese samenwerkingsverband Clean Inland Shipping (CLINSH). Bij de aanbesteding van de Waterbus proberen we de vloot te verduurzamen en beter aan te laten sluiten op de vraag van de reiziger.
• Verder ondersteunen wij de verkeersregio’s in het opstellen van Regionale Mobiliteitsplannen (RMP) voor het behalen van de CO₂-doelen voor mobiliteit.
• We werken mee aan een langere termijnvisie over de locatie van Rotterdam The Hague Airport en voeren, in het kader van een verkenning naar een burgermeetnet geluid rond luchthaven Rotterdam The Hague Airport, in 2020 een bewonersconsultatie uit.

Hoe willen we dit beleidsdoel en de beleidsprestatie halen?
De provincie zet in op het veiliger maken van infrastructuur, een verkeersveiliger gedrag en adequate verkeershandhaving, met als doel het verbeteren van de verkeersveiligheid en het verminderen van de verkeersslachtoffers.

Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?

• Het veilig inrichten van 60- en 80 km/uur wegen kan in 2020 landelijk leiden tot een daling van 20 tot 60 doden en 200 tot 500 ernstig gewonden per jaar.
• Via het ROV ZH (Regionaal Orgaan VerkeersveiligheidZuid-Holland) zetten we in op gedragsbeïnvloeding, om er zo voor te zorgen dat weggebruikers zich veilig gedragen en voelen in het verkeer. Dit doen we via diverse campagnes.
• Het landelijke Strategische Plan Verkeersveiligheid 2030 vertalen we naar uitvoeringsprogramma's die in 2020 kunnen starten. Ook zetten we via het ROV ZH extra in op het onderdeel "beïnvloeding verkeersgedrag". Dit doen we door programma's als Maak van de Nul een Punt, School op Seef en Totally Traffic voort te zetten.
• Daarnaast is in 2019 het nieuwe programma Fietsveiligheid gestart met aandacht voor nieuwe doelgroepen, zoals oudere fietsers. Hier gaan we mee verder in 2020.
• In 2020 verstevigen we de samenwerking met de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH), politie en het openbaar ministerie voor de handhaving van verkeersveilig gedrag.