Toelichting mutaties begrotingssaldo 2020-2027
A. Mutaties eerdere P&C-producten
1 Mutaties in begrotingssaldo in eerdere P&C-producten
Dit zijn mutaties die voor de betreffende jaarschijven in eerdere P&C producten hebben plaatsgevonden.
B. Exogene/Algemene ontwikkelingen
Ambitie Organisatie:
1 Sociale premies en pensioenpremies
De effecten van de verhoging van de werkgeverslasten per 1 januari 2020 worden in deze begrotingswijziging verwerkt. Dit leidt tot een toename van de loonkosten in 2020 met € 0,55 mln en bedraagt 0,4% van de loonsom. Het additionele bedrag van € 0,55 mln wordt gedekt vanuit de algemene middelen.
2 Verzekeringen
Verschillende verzekeringsmaatschappijen hebben zich uit de uitgebreide gevarenverzekering teruggetrokken. Hiervoor zijn nieuwe verzekeraars gezocht. Door een ongunstige verzekeringsmarkt en vermindering van concurrentie, stijgt de premie structureel met € 0,07 mln vanaf het boekjaar 2020. Daarnaast vindt in 2020 voor de nieuwe brandverzekering een taxatie plaats van alle provinciale gebouwen. De kosten van deze taxatie bedraagt incidenteel € 0,1 mln.
3 Inzet op verjonging en kwaliteitsimpuls (trainees)
In het huidige collegeperiode 2020-2023 wordt met een nieuwe WO-traineeprogramma gestart. Het betreft een tweejarig leer-werkprogramma voor talentvolle academisch gevormde jongeren zonder (relevante) werkervaring. In deze twee jaar worden deze talentvolle jongeren breed gevormd, doen zij hun eerste werkervaringen op en worden zij ‘klaargestoomd’ voor het echte werk. Het trainee programma vormt daarmee een effectieve impuls aan verjonging en kwaliteitsverbetering van ons personeelsbestand. Deze impuls vergt een tijdelijke financiële investering, die daarna rendeert en binnen de reguliere arbeidscapaciteit kan worden opgevangen. Het budget voor een groep van 10 trainees bedraagt (voor een periode van 2 jaar) € 1,3 mln. Dit omvat loonkosten ad € 1,1 mln en kosten voor werving en ontwikkelprogramma ad € 0,2 mln. In deze collegeperiode worden 3 groepen trainees geselecteerd. Totale incidentele claim bedraagt € 3,9 mln voor de gehele periode.
4 Pilot levensfasebewust personeelsbeleid
Het uitgangspunt van het Levensfasebewust Personeelsbeleid is om continu, samen met de medewerkers, te zoeken naar verbetering, vernieuwing en duurzame, integrale oplossingen om duurzaam inzetbaar te blijven als medewerker en op die manier een goed werkgever te zijn voor medewerkers in verschillende levensfases.
De kern van levensfasebewust personeelsbeleid (LFBP) is om een goed werkgever te zijn voor alle levensfasen. We zijn een organisatie met individuele medewerkers, die op verschillende momenten om maatwerk kunnen vragen. Het budget is gericht op individueel maatwerk voor de doelgroep van medewerkers van 62 jaar en ouder, die duurzaam beperkt zijn in hun huidige functie en waarvan de huidige functie is ingeschaald binnen de schalen 1 tot en met 7, dit kan uitgevoerd worden in periode 2020 t/m 2027.
5a Warmte-Koude opslag: Besparing / 5b Warmte-Koude opslag: Kapitaallasten
De bestaande installatie voor ondergrondse opslag van koude voor koeling van het Provinciehuis is technisch afgeschreven. Voor Gebouw C is een warmte- koudeopslag (WKO) installatie inbegrepen in de renovatie. Voor de gebouwen ABDE moet deze installatie worden vernieuwd om instandhouding van koeling te realiseren. Tijdens de renovatie van Gebouw C doet zich de mogelijkheid voor om te kiezen voor een integrale aanpak en de realisatie van één grote WKO installatie met de grote voordelen om een goede eerste stap te zetten in de verduurzaming van het Provinciehuis, het gestand doen van onze intenties richting de Green Citydeal van Energierijk Den Haag en het voorkomen van een grote desinvestering. Om dit te realiseren is een investering nodig die wordt terugverdiend door een structurele daling van onderhouds- en energielasten.
6 Overig < € 0,5 mln
Diverse kleine mutaties.
C. Ontwikkelingen binnen de programma's
Ambitie Schone energie voor iedereen:
1 Duurzame en ruimtelijk passende elektriciteitsvoorziening
Wij dragen bij aan een stabiel en zeker netwerk voor elektriciteitsvoorziening, dat robuust en toekomstbestendig is. Daarbij wordt hernieuwbare energie opgewekt door zonne-energie en waar nodig aangevuld met windenergie en innovatieve oplossingen passend in de ruimte. De mogelijkheden voor duurzame elektriciteit worden verankerd in het provinciale omgevingsbeleid.
2 Samenwerken en bevorderen draagvlak in de energietransitie
Wij werken samen met gemeenten, netbeheerders en andere stakeholders aan de realisatie van 7 Regionale Energiestrategieën. In de RES wordt het aanbod van warmtebronnen en warmtebehoefte aan elkaar gekoppeld en wordt in gezamenlijkheid bepaald op welke locaties wind- en zonne-energie wordt opgewekt.
Wij ondersteunen actieve burgers en stimuleren mede-eigenaarschap en coöperaties bij projecten voor besparing en opwek van duurzame energie. Hiertoe beheren wij onder meer een subsidieregeling lokale initiatieven en zetten we onze kennis in bij relevante partijen en netwerken.
3 Faciliteren van gemeenten bij besparen en overschakelen op schone energie
Wij ondersteunen gemeenten bij het opstellen van de warmtetransitievisies waarmee zij de gebouwde omgeving energiezuinig maken. Woningen en utiliteitsbouw worden geïsoleerd en van het aardgas afgehaald en met duurzame energiebronnen gevoed. Wij stimuleren dat nieuwbouw tenminste energie neutraal wordt.
4 Verduurzaming warmtevraag gebouwde omgeving
Wij dragen bij aan het betrouwbaar, betaalbaar, duurzaam en veilig beschikbaar stellen van warmte voor het stedelijk gebied door opslag en transport, onder meer via regionale warmtetransportnetten met onafhankelijk netbeheer. We stimuleren en faciliteren projecten waarbij restwarmte, geothermie en lokale bronnen optimaal benut worden voor de verschillende vormen van warmtevoorziening. In samenwerking met andere partijen komt warmte beschikbaar voor de eindgebruiker, waaronder toepassingen in de glastuinbouw.
5 Verhogen energie-efficiëntie en mede-ontwikkelen energie-infra
Wij dragen bij aan de ontwikkeling binnen de industrie om energie te besparen, CO2 af te vangen en te hergebruiken en mee te helpen aan een toekomstbestendige energie-infrastructuur en systeemintegratie.
6 Vernieuwen en innoveren van het energie- en grondstoffen (eco)systeem
Wij zetten in op de ontwikkeling van CO2-vrije energiebronnen en -dragers, zoals het gebruik van groene waterstof, warmte en duurzaam opgewekte elektriciteit. Wij stimuleren de opwek van schone elektriciteit en het gebruik van schone grondstoffen en faciliteren dit ruimtelijk. Wij dragen bij aan besparing en vermindering van het gebruik van fossiele grondstoffen door recycling en de ontwikkeling naar een circulaire economie te stimuleren. Wij stimuleren technische en institutionele innovaties en het bijeenbrengen van het energie-ecosysteem.
6 Aanvullen risicoreserve energiefonds
Als gevolg herijking risicoprofiel van nieuwe subsidies voor het WbR, waarbij rekening gehouden is met de meest recente ontwikkelingen.
Ambitie Sterke steden en dorpen in Zuid-Holland:
8 Programma Versnellen woningbouw
In Zuid-Holland moeten het komende decennium een fors aantal woningen gerealiseerd worden. De provincie bouwt zelf geen woningen, dit doen marktpartijen en woningbouwcorporaties. Wel gaat de provincie actief meewerken om er voor te zorgen dat projecten met een groot aandeel betaalbare woningbouw sneller gestart kunnen worden. Dit wordt gedaan door:
- meewerken op locatieniveau om knelpunten weg te nemen door inzet van expertise en middelen;
- samen met Rijk, gemeenten, marktpartijen en woningbouwcorporaties werken aan een constante bouwstroom door afspraken (o.a. Woondeal Zuidelijke Randstad), kennisuitwisseling (o.a. organiseren jaarlijkse conferentie), lobby en agendering van knelpunten.
Om op locatieniveau te kunnen versnellen is het wenselijk om een financiële bijdrage te kunnen leveren om zo het ‘laatste zetje’ te kunnen geven waardoor het project kan starten. Voor dit doel is de komende 4 jaar in totaal € 11 mln uitgetrokken voor een knelpuntenpot waarop door gemeenten een beroep gedaan kan worden als aan bepaalde criteria wordt voldaan (o.a. ligging binnen BSD, nabij HOV, percentage betaalbare woningbouw, realisatie binnen 5 jaar). Voor meer informatie zie beleidsdoel 6.1.
9 Betaalbare woningvoorraad op peil
De provincie ziet er samen met gemeenten, woningbouwcorporaties en marktpartijen op toe dat er voldoende passende woningen zijn voor verschillende doelgroepen. Daarvoor gaat de provincie met name de volgende maatregelen nemen:
- Naast de reeds vastgestelde subsidieregeling ter stimulering van de meer evenwichtige verdeling van de sociale voorraad over de gemeenten in de Rotterdamse regio, wordt onderzocht of een dergelijke stimuleringsregeling ook voor Haaglanden en Holland-Rijnland beschikbaar kan komen. In de woondeal was deze mogelijkheid al aangekondigd.
Voor de invulling van deze maatregelen (met name de subsidieregelingen) is voor de komende periode € 8 mln extra beschikbaar. Voor meer informatie zie beleidsdoel 6.1.
10 Programma Vitaliteit Leefomgeving
Stad en land raken steeds sterker met elkaar verbonden. Ons landelijke gebied met zijn dorpen is meer dan ooit een proeftuin voor nieuwe oplossingen op terreinen als klimaat, energie en voedsel. In de vorige collegeperiode is een strategische verkenning gedaan naar wat belangrijk is voor de vitaliteit van dorpen in de landelijke gebieden, voor het verder uitwerken van dit vraagstuk is nu € 1 mln uitgetrokken. Voor meer informatie zie beleidsdoel 6.2.
Ambitie Concurrerend Zuid-Holland:
11 Innovatie
Het vermogen om snel op ontwikkelingen op gebied van energietransitie en digitalisering in te spelen is bepalend voor onze concurrentiekracht. Innovatie in het algemeen, maar met name op deze gebieden, is essentieel. Zeker ook voor het MKB. Wij stimuleren deze innovatie via subsidieregelingen, actieve rollen in regionale samenwerkingsverbanden en bijvoorbeeld het Startup in Residenceprogramma. Voor innovatie worden diverse subsidieregelingen die tot en met 2019 liepen, verlengd. Voor de Zuid-Hollandse campussen wordt € 6 mln vrijgemaakt, voor de netwerksubsidie RNIZ is dat eveneens € 6 mln. Daarnaast cofinanciert de provincie de EU-subsidie EFRO met € 8 mln. Voor het innovatieteam met onder meer Startup in Residence wordt € 1,5 mln gevraagd. Voor de inzet op Breed MKB (nieuw) is € 2 mln beoogd. Voor de biotechcampus en de biobased delta wordt circa € 3 mln vrijgemaakt.
12 Digitaal
Om de kansen die digitalisering biedt te benutten en risico’s aan te pakken is samenwerking nodig tussen bedrijven, overheden, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. De provincie Zuid-Holland zet zich in om deze samenwerking in de regio te versterken en de regio als digitale regio op de kaart te zetten.
Dit doen we onder andere door partijen samen te brengen en kennis te delen over de ontwikkeling van 5G en datacentra, onderzoek te doen naar de impact van Kunstmatige Intelligentie en Quantum, het verbinden van MKB-werkplaatsen voor digitalisering, het creëren van een internationaal veiligheidscluster en bewustwording bij het bedrijfsleven voor het belang van cybersecurity te stimuleren.
13 Circulair
In 2018 hebben PS besloten dat de provincie Zuid-Holland bij Circulaire Economie inzet op vier transitiethema’s: Bouw, Kunststoffen, Maakindustrie en Biomassa & Voedsel. Deze thema’s zijn uitgewerkt in een strategie die in februari 2020 is voorgelegd aan PS. De strategie vraagt vervolgens om omzetting in beleidsbesluiten, een transitieagenda met partners en een uitvoeringsprogramma. Het aangevraagde budget betreft aanjaag-, proces- en onderzoeksmiddelen.
14 Human Capital
Er wordt voor Human Capital een meerjarig programmateam opgezet, in samenwerking met InnovationQuarter en de Economic Board Zuid-Holland; het voorgestelde budget is € 1,8 mln voor de periode 2020-2023.
Er wordt daarnaast een meerjarige subsidieregeling aangeboden waarin partijen subsidie kunnen aanvragen voor specifieke sectoren binnen de regionale arbeidsmarkt; voorgesteld wordt om hiervoor € 5 mln ter beschikking te stellen
(€ 1 mln hiervan is reeds als urgente aanvraag goedgekeurd).
Ambitie Erfgoed, cultuureducatie/participatie:
15 Archeologie
In de afgelopen bestuursperiode is een start gemaakt met het meer betrekken van publiek bij archeologie.
In het voorjaar van 2020 besluit GS over het opnieuw in werking stellen van de subsidieregeling publieksbereik archeologie.
16 Cultuurparticipatie
Om gemeenten bij hun taak te helpen betalen wij mee aan de Basisvoorziening cultuurparticipatie. Daarnaast biedt het nieuwe Rijkscultuurbeleid 2021-2024 kansen op cofinanciering. Verder start het Rijk een Programma Cultuurparticipatie om de toegankelijkheid van cultuur te vergroten voor moeilijk bereikbare groepen en de relatie te leggen met het sociaal domein.
17 Erfgoedlijnen
Voor de ontwikkeling van de erfgoedlijnen hanteren we een netwerkende aanpak. In lijn met het actuele overkoepelende omgevingsbeleid van de provincie. Voor het verder ontwikkelen van erfgoedlijnen zijn middelen nodig vanuit het coalitieakkoord.
Daarnaast zijn in 2019 de gedecentraliseerde middelen voor de restauratie rijksmonumenten naar beneden bijgesteld waardoor er vanaf 2019 jaarlijks € 2,3 mln beschikbaar is in plaats van € 3 mln. Om deze verlaging te compenseren wordt voorgesteld om middelen uit het Coalitieakkoord 2019-2023 hiervoor in te zetten.
Ambitie Gezond en veilig Zuid-Holland:
18 Recreatie, Sport, Kennisontwikkeling en Innovatie
Voor het bevorderen van een gezonde en beweegvriendelijke leefomgeving wordt ingezet op het onderhouden, beheren of versterken van de bestaande (sport)voorzieningen, zoals de routenetwerken voor wandelen, fietsen en paardrijden en de recreatiegebieden die in beheer zijn bij de natuur- en recreatieschappen of in eigendom van de provincie. Voor doorontwikkeling en innovatie wordt geïnvesteerd in kennisontwikkeling en kennisdeling, deels gebeurt dit in samenwerking met externe partners. Om burgers, jong en oud, te blijven betrekken bij het groen, wordt het programma groenparticipatie met betrekking tot inzet van vrijwilligers voortgezet.
19 Klimaatadaptatie en bodemdaling stedelijk gebied
Er is een bestuursakkoord ondertekend waar alle overheden afspraken hebben gemaakt over de inzet op klimaatverandering. Hierdoor is € 600 mln beschikbaar gekomen voor klimaatadaptatie. Door het Rijk zijn financiën vrijgemaakt om ontwikkelingen te stimuleren. Door de provincie is de afgelopen 2 jaar een intensieve samenwerking met 7 regio’s opgezet.
Conform de afspraken in het landelijke Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) brengen wij kwetsbaarheden in beeld (stresstesten), voeren wij risicodialogen uit, ontwikkelen we uitvoeringsagenda’s, zoeken we meekoppelkansen en zorgen wij voor borging in eigen beleid en handelen. Wij faciliteren en stimuleren deze aanpak bij anderen. Dit doen we in samenwerking met relevante partners binnen en buiten via een aanpak per thema.
20 VTH Zeer Zorgwekkende Stoffen
Sinds 2017 is de provincie (PZH) bezig met het project uitvraag Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS). Na drie succesvolle uitvraagrondes waarbij verschillende bedrijfstakken zijn gevraagd informatie te leveren over de binnen de inrichting aanwezige en geëmitteerde ZZS en potentiële ZZS, staat voor het komende jaar de vierde en laatste uitvraag op het programma. Daarnaast is met name de afvalsector in het vizier gekomen. De afvalsector blijkt een complexe keten te zijn waar veel (p)ZZS in verdwijnen en waarbij de omgevingsdiensten aangeven dat een aparte meerjarenprojectbenadering benodigd is. Landelijk zijn afspraken gemaakt over de actualisatie van de afvalvergunningen op ZZS. Bij deze actualisatie zal het acceptatie- en verwerkingsbeleid van de afvalinrichtingen, mede op basis van de aangekondigde landelijke meldingsplicht voor ZZS houdende-bedrijfsafvalstromen door de bedrijven moeten worden verhelderd en in nieuwe nog te standaardiseren voorschriften worden verankerd. Voor de uitvoering van de werkzaamheden rond Zeer Zorgwekkende Stoffen is een inschatting gemaakt dat in totaal voor de huidige collegeperiode € 3,2 mln benodigd is, met name voor de werkzaamheden die door de omgevingsdiensten zullen worden verricht.
21 Samenhangend beleidskader Gezond en Veilig
De huidige beleidsbeslissing gezonde leefomgeving is sterk gericht op groen. Deze zal in 2020 worden verbreed naar alle aspecten. De provincie heeft vanuit diverse taken een belangrijke rol bij het zorg dragen voor een gezonde en veilige leefomgeving. Het programma “Gezond en Veilig” heeft als ambitie om in al het provinciale beleid gezondheid als factor te benoemen en zo mogelijk te versterken. Op basis van bestaand beleid wordt toegewerkt naar een afwegingskader om effectieve keuzes te maken in het meekoppelen van gezondheid in provinciaal beleid en het faciliteren en uitvoeren van projecten, samen met de andere provinciale opgaven en met externe partijen, die bijdragen aan een gezond en veilig Zuid-Holland.
Ambitie Versterken natuur in Zuid-Holland:
22/23 Nationale parken
Het werken aan de Nationale Parken is in 2017 gestart (na de publieksverkiezing van mooiste natuurgebied van Nederland). Of het succesvol is moet blijken in 2021 als de parken de status Nationaal Park ook daadwerkelijk krijgen en er een gebiedsontwikkeling in gang is gezet waarmee de ambities worden gerealiseerd. Deze intensivering bestaat uit 2 fases: enerzijds voor het aanvragen van de status van Nationaal Park en vooral het verkrijgen van draagvlak hiervoor bij alle betrokken overheden en andere stakeholders. Daarna zal een subsidie moeten worden gegeven om het nieuwe nationaal park in stand te kunnen houden. Dit betreft € 0,2 mln per jaar.
24 POP3 uitfinanciëring
Het POP3 wordt uitgevoerd in de periode 2014 tot en met 2023. Met het POP3 wordt uitvoering gegeven aan het Omgevingsbeleid (inclusief Visie en uitvoeringsagenda RGBL), het provinciaal Waterplan en het beleidskader Agrarisch natuurbeheer.
POP3-subsidies bestaan grosso modo voor 50% uit Europese middelen. Hierdoor heeft naast de provincie ook de RVO.nl een rol in de toetsing van de subsidieverstrekking. De uitvoering van het POP3 blijkt complexer dan vooraf ingeschat. Hierdoor moeten er per dossier meer werkzaamheden worden verricht, is er meer personele capaciteit nodig en vallen de kosten van de RVO.nl hoger uit dan begroot. Middels de urgente claims is € 0,4 mln toegekend, dit is echter niet genoeg voor alle uitvoeringskosten voor o.a. RVO in 2020. Er zijn een tweetal grote risico’s rond dit project: Mochten we de administratie niet op orde hebben, dan zullen we voor miljoenen aan Europese middelen terug moeten betalen (maximaal 50% van de totaal verleende subsidies). Ten tweede willen we zo veel mogelijk van de middelen uit Europa en van derden benutten voor de landbouwtransitie.
25 Interbestuurlijk programma vitaal platteland
De rijksbijdrage voor IBP Zuidwestelijke Delta wordt naar verwachting in de Meicirculaire 2020 meegenomen en in één keer overgemaakt aan het provinciefonds. De toekenning van gelden aan broedplaatsen zal verlopen via subsidieverlening. Daarbij wordt een bestuurlijke stuurgroep georganiseerd die besluiten zal nemen met betrekking tot de toekenning van de gelden en eventuele bijstelling. PZH treedt daarbij op als penvoerder. Voor het Rijk is het belangrijk dat de cofinanciering van de provincie zichtbaar is in de begroting, het gaat bij de Zuid-Westelijke Delta om € 0,3 mln.
26 Uitvoering Klimaatakkoord (bodemdaling en IBP veenweidegebied)
Ten behoeve van de aanpak van de bodemdaling in de veenweidegebieden is in het Klimaatakkoord voor 2030 een opgave van landelijk 1 Mton CO2 afgesproken. De regie voor de realisatie ligt bij de gezamenlijke provincies via een integrale gebiedsgerichte aanpak. De bijdrage vanuit het Klimaatakkoord is landelijk € 276 mln tot 2030. Zuid-Holland is de provincie met het grootste areaal aan veenweidegebied en de opgave is daarmee van groot belang. Tegengaan van bodemdaling en CO2, maar ook de vermindering van de stikstofemissie, gaat gepaard met verandering bij de landbouw als grootste grondgebruiker. Het vergroten van kennis over bodemdaling, het ontwikkelen van nieuwe en aangepaste vormen van bedrijfsvoering en nieuwe producten en verdienmodellen, zoals natte teelten (ander landgebruik), zijn de komende jaren nodig om de CO2- en de stikstofopgave te realiseren. De afgesproken gebiedsgerichte aanpak, resulterend in een veenweidestrategie betekent dat ook wordt gekeken naar andere doelen zoals vergroting van de biodiversiteit en beleving van het gebied.
27 Provinciaal landbouwbeleid en leerervaring
De agrarische sector staat voor grote uitdagingen. Daarom zal de provincie in 2020 een landbouwstrategie opbouwen hoe deze volgende fase in de transitie naar een vitale landbouw kan worden ingericht. Daarmee ontstaat een sectorbrede aanpak die recht doet aan de verschillende urgenties en uitdagingen die in de verschillende gebieden en landbouwsectoren spelen.
Onderdeel is ook het herpositioneren van onze provinciale rol, waarbij nadrukkelijker wordt gekeken naar / lobby wordt opgezet richting strategische samenwerking met het Rijk en organiseren van EU-cofinaniering. De samenleving kijkt naar de provincie om mee te werken in de urgente maatschappelijke problemen rond stikstof, klimaat en bodemdaling en een gezonde landbouwsector.
28 Groene cirkels
Groene Cirkels is een samenwerkingsprogramma tussen provincie, multinationals, wetenschap, ketenpartijen en Ngo’s. De Groene Cirkel Heineken loopt op dit moment zes jaar. Convenanten binnen de GC’s Kaas en Bodemdaling en Farm Frites zijn in 2019 getekend voor drie jaar, met optie op verlenging. Vanuit het groenbeleid is onder meer voorzien in de subsidieregeling Groene Cirkels. Dit betreft een voortzetting van de succesvolle lopende groene cirkels en het nakomen van eerder gemaakte afspraken.
29 Uitvoering wet natuur
De uitvoering van de wettelijke VTH- taken op grond van de Wet natuurbescherming voldoet aan de wettelijke eisen. De huidige budgetten voor de onderwerpen stikstofproblematiek en soortenbescherming zijn echter niet dekkend. De verwachting is dat er op deze taken structureel meer budget nodig is voor het uitvoeren van de VTH-taken.
De uitvoering van deze taak is gemandateerd aan:
- Omgevingsdienst Haaglanden (vergunningverlening)
- Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (toezicht en handhaving)
Soortenbescherming
Nadat de taak in 2017 bij de provincies is neergelegd, blijkt dat de taak omvangrijker is dan hetgeen in eerste instantie is overgedragen door het Rijk. Dit heeft mede te maken met de aantrekkende bouw- en verbouwmarkt en de verschillende duurzaamheidsinitiatieven aan gebouwen waardoor er meer ontheffingen worden aangevraagd in het kader van soortenbescherming.
Leges
Het volledig kostendekkend maken door het verhogen van de leges wordt op dit moment provinciebreed onderzocht. Er bestaat het risico op extra handhavingskosten.
30 BIJ12 uitkering faunaschade
Op grond van de Wet natuurbescherming is de provincie verplicht om tegemoetkomingen te verlenen in schade die is aangericht door in het wild levende dieren. Ter uitvoering hiervan heeft GS BIJ12 gemandateerd om de tegemoetkoming in de faunaschade te verlenen binnen de provincie Zuid-Holland.
De tegemoetkoming in de schade wordt uitgekeerd indien de schade door in het wild levende beschermde diersoorten (door vraat, graven, wroeten of vegen) aan bedrijfsmatige landbouw is veroorzaakt. De Beleidsregel uitvoering Wet natuurbescherming Zuid-Holland bevat nadere regels hiervoor.
31 Grevelingen
In de Grevelingen is de waterkwaliteit sinds de afsluiting door de Brouwersdam in 1971 achteruit gegaan. Dit maakt het gehele ecosysteem kwetsbaar en daarmee staat de aantrekkelijkheid van dit belangrijke natuurgebied onder druk. Om de waterkwaliteit te verbeteren, willen Rijk en regio een doorlaat realiseren in de Brouwersdam om beperkt getij terug te brengen in de Grevelingen.
Al sinds het begin van de verkenning onderzoekt de provincie de mogelijkheden voor het opwekken van duurzame energie uit de getijdenbeweging in de doorlaat. Daarbij wordt integraal samengewerkt met drie ministeries (LNV, IenW en EZK), de twee provincies Zuid-Holland en Zeeland, de gemeenten Schouwen-Duiveland en Goeree-Overflakkee, Staatsbosbeheer en Rijkswaterstaat.
Om de terugkeer van getij goed op te kunnen vangen aan de randen van het meer wordt een programma van maatregelen opgezet. Dit programma geeft de regio nieuwe impulsen voor economische ontwikkeling op het gebied van toerisme en recreatie voor komende decennia. Dat is ook nodig om de goede balans te krijgen in het ecosysteem tussen onderwater- en bovenwaternatuur. De innovatieve doorlaat biedt internationale allure en exportkansen.